Het was een spannende week voor de V&D, in het bijzonder voor het personeel. Het bedrijf verkeert in grote geldnood en alleen drastisch snijden in de vaste lasten kan ervoor zorgen dat de warenhuisketen blijft bestaan. Eén van de meest controversiële punten in het reddingsplan is het verlagen van de salarissen van het personeel met 6%. Zou ik zelf akkoord gaan?
Zelf heb ik nooit een loonoffer hoeven brengen, maar het is wel eens dichtbij geweest. In de tijd dat er financiële zorgen waren bij mijn voormalige werkgever, zei een collega tijdens het teamoverleg: “Als het helpt, om de boel te redden, dat wij allemaal wat salaris inleveren, dan ben ik daar wel toe bereid”. Ik mompelde, samen met wat andere collega’s, dat ik daar toe ook wel bereid was. Toegegeven, die uitspraak werd ingegeven door groepsdruk. Maar ik geloof wel dat ik het meende.
Voor de V&D medewerkers voelt het waarschijnlijk als een keuze tussen het slikken van de loonsverlaging, of hun baan verliezen door faillissement. En dat laatste lijkt me toch de minst aantrekkelijke van de twee.
Nu inleveren op je salaris betekent echter ook een lagere WW-uitkering als het bedrijf toch failliet gaat want een WW-uitkering wordt berekend op basis van het laatst verdiende loon. Als je bereid bent zo’n offer te brengen zegt dat dus ook iets over je vertrouwen in de directie en de toekomst van het bedrijf. En stel dat het wel een succes wordt, wil je dan over een jaar je ingeleverde salaris weer terug – met rente?
Naast vertrouwen in de toekomst gaat het ook over solidariteit. We brengen met z’n allen hetzelfde offer, en daarmee redden we ‘ons’ bedrijf. Hier speelt natuurlijk die groepsdruk weer mee, maar ook persoonlijke omstandigheden. Als ik destijds kostwinner was geweest van een gezin met twee kleine kinderen, zou ik mijn toezegging toch niet zo snel hebben gedaan. Solidair zijn is mooi, maar je eigen belangen en die van je gezin goed behartigen is niet hetzelfde als egoïsme. Tegelijk snap ik ook dat het alleen werkt als iedereen meedoet.
Begrippen als loyaliteit, solidariteit en vertrouwen in de toekomst klinken mooi en vanzelfsprekend. Maar als ik daadwerkelijk moet bepalen waar de grenzen voor mij liggen, vind ik het nog knap ingewikkeld.